wiebelbrug

Geen brug bouwen – de kritische deelnemer in mediation

In bijzondere tijden waarin we vooral veel zittend achter een computer aan het werk zijn, is in beweging blijven extra belangrijk. Een rondje wandelen helpt het hoofd leeg maken, en geeft vaak nieuwe inspiratie. Voor een frisse interventie in een bepaalde zaak, of voor een nieuw blog, waarmee we inzicht hopen te geven in de dynamiek van ons werk, zonder de vertrouwelijkheid van het mediation-proces te schenden. Vandaag een stukje over de kritische deelnemer en de brug.

Vlakbij ons kantoor in Amsterdam ligt het W.H. Vliegenbos. Dit stukje natuur is, zo gaat het gerucht, het oudste stadbos van Amsterdam én een unieke verzameling iepen in Europa. Er huist ook een scoutinggroep, en onder het mom ‘natuurbeleving’ of survival skills worden er nogal wat bouwwerken geproduceerd. Zo ook de brug boven dit artikel.

Zou jij daar overheen durven?

In mediation wordt er regelmatig gebouwd aan een spreekwoordelijke brug. Om de ene kloof, of zijde, te verbinden met die er recht tegenover.

Als mediator verwelkomen wij iedere poging om weer te gaan bouwen. Vanuit begrip en luisteren, lukt het vaak om weer te kijken naar constructieve oplossingen.

Soms treffen we een zeer gekrenkte, en daardoor kritische, partij.

Iemand die met zoveel beschermingslagen aan tafel komt, en zo zeker weet dat de ander toch niks goeds van zin is, dat iedere beweging van de ander met groot wantrouwen bejegend wordt.

Dit zaakje stinkt!
Die excuses, die oplossingen, dat aanbod: er deugt niks aan. Vanuit waakzaamheid lijkt het alsof iemand in de weigerstand blijft. Die brug is te wankel, het materiaal is niet betrouwbaar, hij overleeft de eerstvolgende storm niet… Allerlei argumenten die – denken wij – voortkomen uit enorm wantrouwen. Het proces van mogelijke heling gaat te snel. Of, en dat komt ook voor – iemand wil eigenlijk niet meer oplossen, maar wil dat ook niet toegeven omdat daarmee de positie en mogelijk financiële claim van de beschadigde partij misschien ook verloren gaat.

Hoe ga je om met de partij met argusogen? De kritische, armen over elkaar, deze brug is niet goed genoeg, partij?

Iedere mediation is anders. Maar grofweg is er meestal één van onderstaande situaties aan de hand:

– Iemand heeft nog iets anders nodig, om mee te gaan in de beweging – of eigenlijk bouwlust – aan de andere kant. Het excuus of het oprechte commitment naar de toekomst kan (nog) niet worden geloofd, en vraagt meer aandacht, de mediator kan helpen uitpluizen wat er nodig is.

– De sessie is voor die dag klaar, partijen moet een nachtje slapen, en alle ontwikkelingen en opties, plus de bijbehorende emoties, eerst even laten bekoelen en gedachten opnieuw ordenen, in een volgend gesprek kan vanuit een andere emotie naar de concept-brug gekeken worden.

– Iemand wil eigenlijk niet meer verder, maar is er – ondanks de afgesproken geheimhouding – nog niet aan toe om dat hardop uit te spreken naar de ander toe (of komt er bij het bouwen van een brug pas achter). De mediator onderzoekt in een één op één gesprek wat deze persoon nog wél wil, en welke scenario’s voor de toekomst wel een oplossing kunnen vormen voor het beëindigen van het conflict.

Uiteindelijk komt er meestal een oplossing, omdat ieder aan een andere kant van die gapende kloof blijven staan ook geen toekomstperspectief biedt. Dus wordt er een tunnel ontworpen. Of een vlot. Of besluiten mensen dat ze iedereen een andere kant op gaan.

Dat intensieve proces van zoeken, onderzoeken, een stap voorwaarts, en soms een stap achteruit of opzij begeleiden wij heel graag. In de huidige tijden kan dat bruggen bouwen ook met behulp van online video conferencing, ieder vanuit huis.

En tussen de sessies door gaan wij het bos in. Voor inspiratie, zuurstof en nieuwe ideeën.

Familierelaties

Rouw en ruzie rond de kist

In maart van dit jaar verscheen er een vermakelijk boekje getiteld “Voorkom ruzie bij de kist”, van Bernard Schols en Heidi Klijsen. Aan de hand van 101 anekdotische voorbeelden wordt aangegeven wat je kunt doen (in een testament, bijvoorbeeld) om ruzies na je dood tussen je erfgenamen te voorkomen.

Wat er mist…

Een belangrijk aspect dat in dit boek onderbelicht blijft is om bij leven al met de erfgenamen rond de tafel te gaan. Dat lijkt wellicht een open deur, maar zo eenvoudig is het niet. Het onderkennen van de eigen sterfelijkheid is één ding, daarover vrijelijk praten een tweede. Dat geldt niet alleen voor de toekomstige erflater, maar ook voor de toekomstige nabestaanden. Het levenseinde is niet alleen een zwaar beladen onderwerp, waar emoties van lijden, verlies en rouw direct mee verbonden zijn. Het verdelen van bezittingen roept ook elementen op van hebzucht, jaloezie, schaamte en berouw. Allemaal zaken die een gesprek ernstig kunnen bemoeilijken. Daarom gaan de meesten dat gesprek maar liever uit de weg. Want ook bij netjes opgevoede mensen zoals u en ik, die dit soort emoties keurig in bedwang hebben, spelen onderhuidse stromingen toch een rol.  Als die uitbarsting er dan eenmaal komt, is deze extra heftig als gevolg van het eerst zo keurig en wellevend ingehouden zijn.

Voorkomen in plaats van het onvermijdelijke afwachten

Toch is er veel voor te zeggen om dat gesprek wel aan te gaan. Dat kan bijvoorbeeld bij een notaris, die meteen een testament kan opstellen. Dan wordt het waarschijnlijk een vrij technische, op erfrecht en activa gerichte bijeenkomst. Dat kan prettig zijn, omdat de onderliggende emoties dan niet hoeven op te spelen. Er kleeft ook een risico aan: de emoties die “veilig” onderliggend blijven kunnen op een later tijdstip, na of rond het overlijden, toch roet in het eten gooien.

Het kan ook anders

Zo’n gesprek kan ook onder begeleiding van een mediator. Die helpt eerst om:

– samen het familiesysteem te analyseren,
– ieders rol daarin te verhelderen,
– de onderliggende emoties te benoemen,
– daaraan erkenning te geven.

Op deze wijze raken de familieleden bevrijd van die elementen die, na het overlijden van de erflater, in zoveel gevallen de oorzaak zijn van ernstige ruzies. Conflicten die mogelijk, soms zelfs opzettelijk, de rest van het leven in stand blijven, familieverbanden die verscheurd raken. Boosheid en frustraties die zelfs ook de generaties daarna, de kleinkinderen van de erflater, nog kunnen beïnvloeden. Dat kan worden voorkomen. Daarvoor biedt een tijdig gepland goed gesprek (of een aantal goede gesprekken) een serieuze oplossing. Een ervaren familiemediator kan u daarbij helpen en kan zo voor u, uw kinderen en uw kleinkinderen van onschatbare waarde zijn.

Familie, een (ver)bond voor het leven

Familie is een waardevol bezit dat gekoesterd mag worden, want je hebt familie voor het leven. Ook dat klinkt als een cliché of als een open deur, maar zo eenvoudig is het niet om dat bezit ongeschonden te houden. Het gaat in ieder geval vaak niet vanzelf.

Heeft u naar aanleiding van dit artikel interesse in een nadere gedachtenwisseling hierover? Dan kunt u altijd bellen of mailen met Mediation Amsterdam. Wij staan u graag te woord, ook bij complexe familieverhoudingen.